de Grens
In vroeger tijden was het soms niet altijd duidelijk waar men bij hoorde, door de verschillende veroveringen die de graven en bisschoppen op elkaars grondgebied deden. Misschien wisten de bewoners vaak zelf niet onder wie ze eigenlijk hoorden, want ze hadden vaak alleen maar met lokale overheden te maken. Wat natuurlijk niet aan hun neus voorbij ging, waren de daarmee gepaard gaande vernielingen van gewas en have of de plunderingen en moorden.
Toen alles een beetje in een rustiger vaarwater was gekomen, stonden de grenzen min of meer vast en heel vaak waren dat natuurlijke grenzen. Plekken die een natuurlijke barrière vormden tussen twee gebieden. Dat kon een veengebied zijn. In Kotten en het aangrenzend Woold had men op de grens met Duitsland zo’n veengebied. Later werd dat gebied geëxploiteerd. De boeren gingen er plaggen steken voor de potstal of men gebruikte het als brandstof. Als er maar genoeg is, dan kijkt men in het veen niet op een turfje, maar als het zo wordt, dat men aan beide kanten van de grens bijna op elkaars grondgebied komt, dan ontstaan er grensgeschillen. Tussen Gelre (aan Nederlandse kant) en Münster (aan Duitse kant) werden in het klooster van Burlo onderhandelingen over de geschillen gehouden en men besloot grensstenen te plaatsen. In 1766 werden ze ook daadwerkelijk geplaatst. Ze werden tevens genummerd en van wapens of initialen van de beide gebieden voorzien.
Later, toen de verhoudingen anders kwamen te liggen en wij deel gingen uitmaken van het koninkrijk der Nederlanden en Münster van het koninkrijk Pruisen, moesten de grenzen opnieuw worden vastgesteld. Voor Kotten leverde dat geen veranderingen op. Natuurlijk waren de grenzen er niet voor niets en vooral in tijden van economische ongelijkheid, moesten de grenzen een barrière opwerpen . Het gaf wel aanleiding tot smokkelen, waar we veel over kunnen lezen in de verhalen die Willem Wilterdink daar over heeft geschreven. Vooral in de crisistijd, voor de Tweede Wereldoorlog, waren de verschillen groot en in Duitsland sprak men van het “steinreiche Holland”, waar de mensen “Geld wie Dreck” hadden. Hun eigen geld was wel bedrukt met enorme bedragen, maar zo weinig waard, dat het als toiletpapier nog ongeschikt was, vanwege het afgeven van de inkt
Soms was de grens er wel, maar gingen de mensen van beide kanten als buren met elkaar om. Bizar is dan ook de situatie die ontstaat met het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Buurjongens uit Kotten en Oeding moeten plotseling in twee verschillende legers dienen, die vijandelijk tegenover elkaar kwamen te staan.
Nederlandse en Duitse Soldaten (buurjongens van elkaar) Rond 1948, door het prikkeldraad een feestje met buren vieren.
De Kottenaren zijn altijd al veel in contact geweest met de mensen aan de ‘overkant’ uit Oeding. Men ging b.v. naar de “Eunkse karmisse“. Nu de grenzen helemaal open zijn en Kotten geen eigen buurtwinkel meer heeft, zijn er ook veel bewoners die hun kruidenierswaren in Oeding halen.
Hier zo maor midden in ut land
Schienbaor um’ow leu te vertellen
I’j heurt an dee en i’j an disse kant
Hier staowe noo, wi’j domme steene
Maor deur ow leu hier too e’zat
Van hier oet ków ow is good bekieken
Wat hej toch al wat bi’j ’t ende had!
Noo kówwe uurnlank wal gaon praoten
Ovver oorlog, krieg en krach en zo
Maor och, dat wee’j al allemaole
En deent dus eig’lijk nargens too
Gaot lever luk gemeud’lijk praoten
Zo as de boern dee soms hier staot
Gemeud’lijk lónnend op de greepe
En dan gemeud’lijk met mekare praot
Jao leu, blief toch gemeud,lijk praoten
Ut stek neet ovver wat of hoo
Dan hej uns steene gaarneet neudig
En zet i’j uns maor bi’j ’n museum too!!
bron: Verhalen van de Grens, Hulzer Willem
Hieronder diverse foto’s van de grens:
Grensovergang in begin jaren 50
Grensovergang in de jaren 60
De grensovergang in de jaren 60
De grensovergang in de jaren 60 vanuit Duitsland
Grens in 1964
Grenssoldaten tijdens de eerste wereld oorlog
Richting Oeding
Douane controleert Auto
Douaniers controleren papieren
Douanier controleert papieren
Douaniers wachtende op mensen die de grens willen overgaan
Douaniers wachtende op mensen die de grens willen overgaan
Inspectie door commissie van verkeer uit Duitsland (bron: muensterlandzeitung.de (Foto: Heinz Duttmann)
Vanuit de lucht zag het er zo uit in 1963
Of zo in 1973
En in 1981 zo
Grens in 1992 (foto: Rijkswaterstaat)
Richting Kotten in 1992 (foto: Rijkswaterstaat)
De grens overgang in 1993 (foto’s Rijkswaterstaat)
Grensovergang in 2008 richting Oeding
Grensovergang 2008 richting Kotten
Bordje bij de groenegrensovergang aan de Blankersweg
Tot begin jaren ’90 controleerde de Douane aan de grenzen, maar sinds dat de grens “opgeheven” is vanwege het Schengen-akkoord heeft de Koninklijke Marechaussee deze taak steekproefsgewijs overgenomen.
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2006
Grenscontrole in 2010
Grenscontrole in 2010
Grenscontrole in 2011
Aan de Duitse kant controleerd de Bundes Polizei (vroegere Bundesgrenzschutz) ook regelmatig het overgaande verkeer (hier links verdekt opgesteld)
In 2020 zien de controles er ietsjes anders uit.
Vaak samen met de nationale politie controleert de Koninklijke Marechaussee de grensovergang.
Aan Duitse zijde controleert de Bundes Polizei samen met de Landes Polizei Nordrhein Westfalen en de Nederlandse Nationale Politie ook geregeld het grensverkeer.